Hoe wordt de diagnose "COPD" gesteld?
OverzichtCOPD Ademtest bij de Longarts
Hoe kun je ook zelf je UIT-ademkracht meten?
Om te bepalen of er sprake is van COPD, zal je longarts of huisarts verschillende zaken willen weten:
# De aard van je klachten (zoals hoesten, kortademigheid en piepen).
# Eventueel rookgedrag.
# Het verloop en de ernst van de klachten.
# Prikkels die benauwdheid veroorzaken, zoals tabaksrook, kou of mist.
# De situatie thuis (huisdieren, rokers) en eventuele allergieën, zoals eczeem of hooikoorts.
# Het voorkomen van astma of allergieën in de familie.
# De beperkingen die de klachten in het dagelijks leven veroorzaken.
Een lichamelijk onderzoek, waarbij de arts luistert met een stethoscoop en kijkt naar neus, mond, keel, borstkas, buik en huid, kan al een eerste indruk geven van je ademhaling.
Om een duidelijk beeld te krijgen van de longfunctie en de gevoeligheid voor prikkels, is verder longfunctieonderzoek noodzakelijk. Hiervoor kan de huisarts iemand met mogelijke COPD-klachten doorverwijzen naar een longarts.
De longarts zal je longfunctie meten om vast te stellen of er sprake is van COPD, en zo ja, hoe ernstig de aandoening is.
Longfunctieonderzoek
Een eenvoudige test om de longfunctie te beoordelen is de spirometrie. Hierbij wordt gemeten hoeveel lucht je maximaal kunt uitblazen en hoe snel dit gaat. De longarts kan ook onderzoeken of je gevoelig bent voor niet-allergische prikkels, zoals mist of rook. Dit gebeurt door de longfunctie te meten vóór en na blootstelling aan teststoffen; dit wordt een provocatietest genoemd.
Met uitgebreidere longfunctietesten kunnen de totale longinhoud en de capaciteit om zuurstof op te nemen worden bepaald.
De longarts zal vaak ook een röntgenfoto van de borstkas (thoraxfoto) maken. Deze foto geeft extra informatie over de longen en het hart, en kan helpen om andere oorzaken van kortademigheid uit te sluiten.
Als je een verhoogd risico hebt op COPD, is het belangrijk om je ademvolume te laten meten. Indien je tot de risicogroep behoort en je arts heeft dit nog niet gecontroleerd, is het verstandig om hier specifiek om te vragen.
Hoe wordt de ernst van COPD bepaald?**
De ernst van COPD wordt bepaald met behulp van de zogenaamde COPD GOLD-criteria. Deze classificatie is gebaseerd op de uitslag van de spirometrie (blaastest), in vergelijking met de gemiddelde waarden van gezonde personen van dezelfde leeftijd. Ongeveer 80% van de mensen met COPD valt in de categorieën "licht" (GOLD 1) of "matig" (GOLD 2).
De COPD GOLD-indeling ziet er als volgt uit:
Licht COPD (GOLD 1]
Het ademvolume is 80% tot 100% van het verwachte niveau.
Matig COPD (GOLD 2)
Het ademvolume is 50% tot 80% van het verwachte niveau.
Ernstig COPD (GOLD 3)
Het ademvolume is 30% tot 50% van het verwachte niveau.
Zeer ernstig COPD (GOLD 4)
Het ademvolume is 30% of minder van het verwachte niveau.
Spirometrie is een onderzoek waarin de functie van de longen wordt gemeten. Voor het uitvoeren van een spirometrie wordt gebruikgemaakt van een spirometer. Spirometrie kan vaak bij de huisarts worden uitgevoerd, maar je kunt ook zelf thuis de UIT-ademkracht controleren.
Er bestaan verschillende zelf spirometrietesten.
Peak Flow Meter bij COPD
Een Peak Flow meter is een draagbaar apparaat dat gebruikt wordt om de longfunctie te meten, vooral bij mensen met longziekten zoals COPD (Chronic Obstructive Pulmonary Disease) en astma. Het apparaat meet de snelheid waarmee je lucht kunt uitademen, oftewel de piekstroom van de uitademing. Deze meting geeft inzicht in de conditie van de luchtwegen en de mate van obstructie.
Wat is een Peak Flow Meter?
Een Peak Flow meter bestaat uit een mondstuk en een schaalverdeling waarop de piekstroom (uitgeademde luchtstroom) wordt weergegeven in liters per minuut. Door krachtig uit te blazen in het apparaat, kan de luchtstroomsnelheid gemeten worden. Dit helpt om veranderingen in de ademhaling op te merken, die kunnen wijzen op een verergering van COPD of een opkomende longaanval.
Waarom is de Peak Flow Meter belangrijk bij COPD?
Bij mensen met COPD kunnen de luchtwegen vernauwen door ontstekingen en slijmophoping, wat het moeilijker maakt om goed te ademen. Door regelmatig je piekstroom te meten, kun je veranderingen in je longfunctie vroegtijdig opmerken. Dit is belangrijk om een verslechtering van de conditie of een opkomende exacerbatie (plotselinge verergering van symptomen) tijdig te herkennen en daarop actie te ondernemen.
Hoe gebruik je een Peak Flow Meter?
- Voorbereiding: Ga rechtop staan of zitten. Zorg ervoor dat de meter op nul staat voordat je begint.
- Inademen: Adem zo diep mogelijk in.
- Uitademen: Sluit je lippen stevig om het mondstuk en blaas zo krachtig en snel mogelijk uit. Let erop dat je één snelle, geforceerde uitademing doet.
- Aflezen en noteren: Lees de gemeten waarde af op de schaal van de meter en noteer deze. Herhaal de meting drie keer en gebruik de hoogste waarde als resultaat.
Het is belangrijk om de Peak Flow metingen dagelijks op dezelfde tijdstippen uit te voeren, bijvoorbeeld 's ochtends en 's avonds, om patronen in je ademhaling te herkennen. Het bijhouden van een logboek of een grafiek van de dagelijkse metingen kan helpen bij het monitoren van de voortgang en kan waardevolle informatie verschaffen aan je arts.
Wat betekenen de waarden?
De gemeten waarden van de Peak Flow meter kunnen variëren, afhankelijk van je leeftijd, geslacht en lichaamslengte. Deze waarden worden vaak vergeleken met een “persoonlijke beste” waarde of een voorspelde normale waarde. De metingen worden ingedeeld in zones die overeenkomen met een verkeerslichtsysteem:
- Groene zone (80-100% van de persoonlijke beste waarde): Dit geeft aan dat je longfunctie normaal is en je geen verergering van de COPD-symptomen hebt.
- Gele zone (50-80% van de persoonlijke beste waarde): Dit wijst op een mogelijke verslechtering van de ademhaling. Het kan nodig zijn om de medicatie aan te passen of extra inhalaties te gebruiken.
- Rode zone (minder dan 50% van de persoonlijke beste waarde): Dit betekent dat er sprake is van een ernstige luchtwegvernauwing. Medisch ingrijpen is noodzakelijk en je moet contact opnemen met je arts of spoedeisende hulp.
Hoe helpt de Peak Flow Meter bij het managen van COPD?
Het dagelijks gebruik van een Peak Flow meter kan helpen om:
- Veranderingen in de longfunctie tijdig te detecteren: Zo kun je snel actie ondernemen om verergering van symptomen te voorkomen.
- De effectiviteit van medicatie te evalueren: Het bijhouden van metingen geeft inzicht in hoe goed je medicatie werkt. Als de waarden vaak in de gele of rode zone zitten, kan dit betekenen dat je medicatieschema moet worden aangepast.
- Een actieplan te volgen: In samenwerking met je arts kun je een gepersonaliseerd COPD-actieplan opstellen, waarbij specifieke stappen worden beschreven die je moet nemen bij verslechterende Peak Flow waarden.
- Longaanvallen te voorkomen: Door vroegtijdig in te grijpen, kan de kans op ernstige longaanvallen en ziekenhuisopnames worden verminderd.
Praktische Tips voor het Gebruik van een Peak Flow Meter
- Consistent meten: Voer de meting altijd op hetzelfde tijdstip van de dag uit, bij voorkeur 's ochtends en 's avonds.
- Gebruik de juiste techniek: Zorg ervoor dat je de meting goed uitvoert. Een onjuiste techniek kan de resultaten beïnvloeden.
- Reinig de meter regelmatig: Maak de Peak Flow meter schoon volgens de instructies van de fabrikant om de nauwkeurigheid van de metingen te behouden.
- Neem een neusklem indien nodig: Sommige mensen vinden het handig om tijdens de meting een neusklem te gebruiken om te voorkomen dat er lucht ontsnapt via de neus.
Wanneer moet je contact opnemen met je arts?
Als je merkt dat je Peak Flow metingen steeds vaker in de gele of rode zone vallen, is het belangrijk om dit met je arts te bespreken. Dit kan een teken zijn dat je COPD-symptomen verergeren of dat je medicatie niet meer goed werkt. Bij plotselinge dalingen in de Peak Flow waarden, zelfs als je geen andere symptomen hebt, is het verstandig om medisch advies in te winnen.
Samenvattend
De Peak Flow meter is een waardevol hulpmiddel bij het dagelijks monitoren van COPD. Het helpt om veranderingen in de ademhaling vroegtijdig te signaleren, zodat je snel actie kunt ondernemen en ernstige complicaties kunt voorkomen. Door het regelmatig bijhouden van je waarden en het volgen van een persoonlijk actieplan, kun je de controle over je ademhaling verbeteren en de kwaliteit van leven verhogen.
De meest gebruikte is de geforceerde vitale capaciteit (FVC, forced vital capacity). Bij deze test ga je rechtop zitten, ademt hij volledig in en blaast hij alle lucht zonder hapering of onderbreking zo snel en krachtig mogelijk uit in de spirometer. Het is een zeer belangrijke test voor het opsporen van ademhalingsziekten zoals astma en COPD. De belangrijkste parameters van een spirometrie zijn de FEV1, de FEF25-75 en de PEF. De FEV1 staat voor forced expiratory volume in 1 second en betreft het uitgeblazen volume tijdens de eerste seconde van de test. De FEF25-75 staat voor forced expiratory flow en betreft de gemiddelde luchtstroom tussen 25 en 75% van de geforceerde uitademing. De PEF ofwel peak expiratory flow ten slotte betreft de maximale luchtstroomsnelheid tijdens de test.