Spirometrie is een onderzoek waarin de functie van de longen wordt gemeten.
Spirometrie Ademkracht meting.
Dit is een belangrijk medisch onderzoek dat wordt gebruikt om de longfunctie te meten.
Het wordt vaak uitgevoerd bij mensen met ademhalingsproblemen, zoals astma, COPD (chronische obstructieve longziekte), of andere longaandoeningen.
Het doel van spirometrie is om vast te stellen hoe goed de longen werken door de hoeveelheid lucht die iemand kan in- en uitademen, en de snelheid waarmee dit gebeurt, te meten.
Hoe werkt spirometrie?
Tijdens het spirometrieonderzoek ademt de patiënt in een apparaat dat een spirometer wordt genoemd. De spirometer registreert verschillende metingen:
1. Vitale capaciteit (VC):
Dit is de hoeveelheid lucht die iemand maximaal kan inademen na een volledige uitademing.
2. Geforceerde vitale capaciteit (FVC):
Dit meet hoeveel lucht iemand geforceerd kan uitademen na een maximale inademing.
3. Geforceerd expiratoir volume in één seconde (FEV1):
Dit geeft aan hoeveel lucht iemand in de eerste seconde van een geforceerde uitademing kan uitblazen. Dit is een belangrijke maatstaf voor het vaststellen van obstructies in de luchtwegen.
4. FEV1/FVC-ratio:
Dit is de verhouding tussen de FEV1 en FVC. Een verlaagde ratio kan wijzen op een obstructieve longaandoening, zoals astma of COPD.
Voorbereiding op het onderzoek
Er zijn meestal geen uitgebreide voorbereidingen nodig voor spirometrie, maar er zijn enkele zaken waar patiënten rekening mee moeten houden:
Geen zware maaltijden:
Vlak voor het onderzoek, omdat dit de ademhaling kan beïnvloeden.
Rook niet:
Enkele uren voor het onderzoek.
Gebruik van medicatie:
Bij sommige mensen met astma of COPD wordt gevraagd om bepaalde medicatie niet te gebruiken voorafgaand aan de test om de resultaten niet te beïnvloeden.
Het verloop van het onderzoek
1. De patiënt zit rechtop en krijgt een mondstuk dat goed afgesloten moet worden met de lippen. Neusklemmen kunnen worden gebruikt om te voorkomen dat er lucht via de neus ontsnapt.
2. De patiënt wordt gevraagd om diep in te ademen en vervolgens zo krachtig en zo lang mogelijk uit te ademen in het mondstuk. Het apparaat registreert de luchtstroom en het volume van de uitgeademde lucht.
3. Soms wordt de test meerdere keren herhaald om consistente resultaten te krijgen.
4. In sommige gevallen kan het onderzoek ook worden uitgevoerd vóór en na het gebruik van een luchtwegverwijder (bronchodilator) om te bepalen hoe goed de longen reageren op medicatie.
Wanneer wordt spirometrie gebruikt?
Spirometrie wordt vaak uitgevoerd om:
Longaandoeningen te diagnosticeren:
Zoals astma, COPD, of longfibrose.
De ernst van longaandoeningen te beoordelen:
Het kan helpen om de mate van beperking in de ademhaling vast te stellen.
De effectiviteit van een behandeling te evalueren:
Het kan worden gebruikt om te zien of bepaalde medicijnen of behandelingen helpen bij het verbeteren van de longfunctie.
Voortgang van een ziekte te monitoren:
Patiënten met chronische longaandoeningen kunnen regelmatig spirometrie-onderzoek ondergaan om de progressie van hun ziekte te volgen.
### Betekenis van de uitslagen
- **Normale resultaten**: Als de meetwaarden van de FVC en FEV1 binnen een bepaalde range vallen, wordt de longfunctie als normaal beschouwd.
- **Afwijkende resultaten**: Afwijkingen kunnen duiden op verschillende longaandoeningen. Een lage FEV1/FVC-ratio kan wijzen op een obstructieve aandoening zoals astma of COPD, terwijl een lage FVC zonder een verlaagde ratio kan wijzen op een restrictieve aandoening zoals longfibrose.
### Conclusie
Spirometrie is een snelle, niet-invasieve en waardevolle test om longproblemen te diagnosticeren en te monitoren. Het biedt artsen cruciale informatie over de ademhalingscapaciteit van patiënten en helpt bij het opstellen van een behandelplan voor mensen met ademhalingsaandoeningen.